De tarbot kan een lengte bereiken van 100 centimeter en een gewicht tot 25 kg. Hij kan maximaal 25 jaar oud worden. Het lichaam van de vis is schijfvormig en wordt relatief dikker naarmate de vis groter wordt.
De tarbot is goed te onderscheiden van de griet door de goed voelbare onderhuidse botknobbeltjes. De vis heeft één rugvin en één aarsvin. De ogen zitten aan wat eerst de linkerzijde was, de bek is asymmetrisch, met tanden aan de 'blinde' kant. Aan de bovenzijde bevinden zich kaken die een soort adembuis vormen, waardoor zandvrij water kan worden aangezogen.
De tarbot is een echte viseter. Hij verschalkt zijn prooien vanuit een hinderlaag. De vis is zeer goed gecamoufleerd doordat hij goed in staat is om zijn kleur aan te passen aan die van de plaatselijke zeebodem.
|