Deze Laguiole en Aubrac zesdelige steakmessenset verrijkt iedere eettafel. De set bevat zes steakmessen met verschillende handgreepmaterialen en bolsters van messing met matte afwerking. De steakmessen worden met de hand gemaakt en schitterend afgewerkt. Precies zoals we gewend zijn van dit authentieke Laguiole-merk.
Het lemmet van deze tafelmessen is gemaakt van Sandvik 12c27, een roestvaste staalsoort. Dit Zweedse staal wordt vaak voor scheermessen gebruikt en dat is niet voor niets: het is sterk, kan zeer scherp geslepen worden en behoudt de scherpe snede lang. Door de gladde snede snijdt het mes geleidelijk door het vlees heen. Dit in tegenstelling tot een gekartelde snede, die de vezels wat meer uit elkaar trekt. Het vlees blijft door de gladde snede heerlijk mals en sappig.
In deze Laguiole en Aubrac-messenset zitten zes steakmessen met elk een ander handgreepmateriaal: jeneverbeshout, ebbenhout, letterhout, olijfhout, heidehout en pistachehout. Deze materialen hebben een natuurlijke tekening, wat ervoor zorgt dat ieder mes uniek is. De rug van iedere handgreep is rond de bolster voorzien van de kenmerkende Laguiole-bij. De rest van de rug is rijk versierd met luxe vijlwerk. Het bekende herderskruis in de zijkant maakt de handgreep compleet.
Forge de Laguiole is de enige maker van Laguiolemessen die ook daadwerkelijk in het dorpje Laguiole resideert. Andere bekende merken, als Fontenille Pataud en Laguiole en Aubrac, maken hun messen vanuit het nabijgelegen Thiers. Alle messen worden volgens een vast stramien met de hand gemaakt. Zoals het een Laguiolemessenmaker betaamt worden deze messen voorzien van handgrepen gemaakt van de fraaiste materialen. Als enige stelt Forge de Laguiole verder de eis dat er te allen tijde gebruikgemaakt dient te worden van kwaliteitsstaal van Franse bodem.
De productie van de messen die we tegenwoordig als ‘Laguiolemessen’ kennen, begon reeds begin 19de eeuw. In 1829 verscheen het allereerste mes, naar alle waarschijnlijkheid geïnspireerd op de Zuid-Spaanse navaja. De messen waren oorspronkelijk voornamelijk bedoeld voor boeren en herders (vandaar ook het kruisje op het heft) uit de regio. Nadien werd het mes verder doorontwikkeld en ontstonden er ook kelnersmessen met kurkentrekkers.
Na de Eerste Wereldoorlog verhuisde de vrijwel gehele Franse messenproductie naar Thiers, dat tot op de dag van vandaag de messenhoofdstad van Frankrijk is. Ook enkele gerenommeerde Laguiolemakers verkasten. In de jaren ’80 van de vorige eeuw werd echter in het kleine dorpje Laguiole het merk Forge de Laguiole opgericht en dat is er tot op heden nog steeds gevestigd. Voor sommigen is Forge de Laguiole dan ook het enige ‘echte’ Laguiolemerk.
|