De Oost-Indische kers is een eenjarige, kruipende en soms klimmende, kruidachtige plant uit de familie Tropaeolaceae. De plant komt oorspronkelijk uit het Andesgebied van Peru en Bolivia en gold al bij de Inca's als geneeskrachtige plant.
Bloemen, bladeren en zaden zijn eetbaar en doen met hun scherpe smaak denken aan mierikswortel. De Oost-Indische kers wordt ook wel tot de specerijen gerekend. De bladeren kunnen ingezouten worden en de bloemknoppen en groene vruchten kunnen worden gemarineerd.
De Oost-Indische kers trekt bladluis aan, evenals de rups van het klein- en groot koolwitje, waardoor deze plant goed ingezet kan worden om de luizen en rupsen weg te houden van andere planten of groenten, zoals groene savooiekool.
Zo donker hebben als de Black Velvet heb je wellicht nog niet eerder gezien: boven compact frisgroen bladerdek bloeien de diep kastanjebruin met zwartrode bloemen (enkelbloemig). Geef ze een plek in de zon, in niet al te rijkbemeste grond. |