Camembert is een Franse kaas, een witte schimmelkaas, die van koemelk wordt gemaakt. De gebruikte schimmel is Penicillium camemberti.
Een camembert heeft een gewicht van zo'n 250 gram - gerookt +- 240 gram, een dikte van 3 centimeter en een diameter van 10 à 11 centimeter.
De naam camembert is nooit als merk geregistreerd, met als gevolg dat deze kaas nu overal ter wereld tot in Nieuw-Zeeland aan toe wordt geproduceerd. Wat wel een beschermde naam is, is Camembert de Normandie. Deze kaas komt gegarandeerd uit Normandië en heeft daarom sinds 1983 het Appellation d'Origine Contrôlée-keurmerk en sinds 1996 het AOP-keurmerk. In Normandië worden per jaar achttien miljoen camembertkazen gemaakt. Deze moeten met een speciale lepel, een louche, worden gegoten.
De kaas komt van oorsprong uit de plaats Camembert in Normandië. Wanneer deze kaas voor het eerst werd gemaakt is niet duidelijk. Een legende is dat deze al in 1791 door een zekere Marie Harel werd gemaakt. Het verhaal is dat zij een priester uit de regio Brie liet onderduiken die gevlucht was vanwege de Franse Revolutie. Hij zou haar als dank het toen nog geheime recept van de brie gegeven hebben waarna zij een eigen variant wist te maken. Meer aannemelijk is dat de eerste camembert eind 19e eeuw voor het eerst werd geproduceerd. De kaasboeren in Camembert wilden inderdaad een nieuwe kaas maken die kon concurreren met de brie.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd deze kaas op grote schaal aan de Franse soldaten aan het front geleverd waardoor deze zeer bekend werd.
Traditioneel werd de kaas gemaakt van rauwe, dat wil zeggen niet-gepasteuriseerde, koemelk. De melk wordt verwarmd en hier worden mesofiele bacteriën en stremsel aan toegevoegd, waarna men de kaas in cilindervormige bakjes laat stollen. De vloeistof zakt snel in, het zuur stijgt naar boven en het volume neemt af. De volgende dag worden de gestolde kazen uit de cilinders gehaald en wordt de kaasschimmel Penicillium camemberti eroverheen gestrooid met daarover een dun laagje zout. Dit zout zorgt ervoor dat de schimmel begint te groeien. De schimmel groeit eerst omhoog maar zakt na zo'n twee weken weer in. Het laagje dat nu ontstaat wordt Witte bloem genoemd. De kaas is nu al eetbaar maar nog wel te hard.
De camembert wordt in papier gewikkeld en vervolgens in een houten doosje (traditioneel van populierenhout) verpakt. Hierna moet de kaas nog zo'n twee tot drie weken rijpen in een koele, vochtige ruimte.
Een camembert dient minstens een uur voordat deze gegeten wordt onbeschermd klaargelegd te worden zodat deze op kamertemperatuur komt (chambreren, net als wijn). Als de binnenkant van de camembert een beetje smelt (huilt) dan is het goed.
Als de camembert wat ouder wordt dan sterft de schimmel af. De schimmellaag is dan te dik en te hard geworden om nog bij de kaas aan de binnenkant te komen. De schimmel eet immers langzaamaan de kaas op. De kaas aan de binnenkant is dan wel heel zacht. Als de schimmel dood is dan moet de buitenste laag, die donker is geworden en naar ammoniak smaakt, eraf gesneden worden.
|